Afgelopen jaar heeft Theatergroep Moira haar 15e verjaardag mogen vieren. Om dit te vieren is er in maart 2025 een Moirareünie gehouden. Nu spreken ook spelers en cast over hun herinneringen aan hun stukken van de afgelopen paar jaar. In 2022 zou eigenlijk FURIE worden opgevoerd, maar de Corona-pandemie gooide hier roet in het eten. Toch wilden de spelers van Moira iets ten tonele brengen. Hier kwam uiteindelijk Moira’s Revue uit naar voren, waar Feline Tummers iets over heeft geschreven. In 2023 kwam er wel weer een volledig toneelstuk op de planken. Nils Lommerde vertelt iets over zijn tragedie BRUTUS. Het jaar daarna volgde Ouwe Lul!, geschreven en ook hier beschreven door Thomas Pijnaker. Dit jaar, 2025, zal (N)OMEN ten tonele gebracht worden. Hoewel de opvoeringen pas deze week zijn, heeft Ruben de Gruiter er toch iets over geschreven. Theatergroep Moira kijkt met veel trots terug op de afgelopen 15 jaar en wij hopen nog sowieso 15 jaar te mogen bestaan!

 

Moira’s Revue (2022) – Feline Tummers, speler Moira’s Revue

Zoals uit de andere teksten uit A Trip down Memoira Lane blijkt, gaat de toneelgroep voor veel Moiranen
om veel meer dan alleen het toneelstuk. Het gaat om de gezamenlijke prestatie en de terechte trots bij het
neerzetten van een mooi stuk, het gaat om de persoonlijke ontwikkeling die je doormaakt en de dingen die
je leert (durven), en het gaat om de vriendschappen die worden opgebouwd en de connectie tussen elke
cast. Moira is iets om trots op te zijn wat je bij blijft.
Deze gedachte overheerste toen de toneelgroep in 2022 besloot om tóch een ‘toneelstuk’ ten tonele te
gaan brengen, nadat de twee vorige producties door de pandemie niet door konden gaan. Ambrosia en
Furie blijven voor Moira een groot gemis. Maar opgeven? Dat nooit!
Onder aansturing van Thomas begon de cast te brainstormen. Wat kunnen we en wat willen we maken in
deze korte tijd? Hoe zien we het voor ons en wie gaat wat doen?
De opvoering zal dit jaar kleinschalig worden. Er zullen dus helaas geen opa’s en oma’s worden
uitgenodigd. In plaats daarvan wordt gekozen voor een opvoering voor alleen sodales. De nadruk ligt op
deze ode aan het verleden en positieve energie voor de toekomst. Het beste van toen en nu, beste
sodales, welkom bij Moira’s Revue!
Een vijftal bewerkingen van scènes uit eerdere opvoeringen van Moira zullen de revue passeren, want wij
staan op schouders van reuzen. Om aan te sluiten bij het intieme karakter van de voorstelling werden
scènes uit Euripides’ Alcestis en Seneca’s Agamemnon gespeeld met de originele tekst, en voor zover
mogelijk het accent.
Sed non seria tractamus, sola: sumus iuvenes!
De voorstelling is gevuld met creatieve hervertellingen, grappige parodieën, en zelfs een reclameblok,
geschreven door de toneelgroep zelf. Nec choreas spernimus, uiteraard compleet met zang en zelf een
beetje dans.
Thomas verdient complimenten als regisseur, en is er voor zover mogelijk in geslaagd om orde te
scheppen in de anachronistische chaos die hierboven beschreven staat, door het geheel aan elkaar te
praten met twee raamvertellingen met een overkoepelend thema.
De verschillende stukjes maken tot een vermakelijke afspiegeling van veel wat deze geweldige toneelgroep
te bieden heeft. Dank lieve Moiranen voor al jullie inzet en liefde voor toneel.
Moira was dit jaar anders dan anders, Moira betekende dit jaar: Na zo lang afstand houden, weer echt
samen zijn, weer samen ergens aan werken! Schouders eronder en vooral veel plezier hebben! En wat
was het leuk.

 

BRUTUS (2023) – Nils Lommerde, schrijver en regisseur BRUTUS

Call for me, darkness / we can hold on hope / we’ll sleep alone
One last embrace at the gates of disorder / don’t follow me down / I promise I’ll find you soon.

Wie het boekje van BRUTUS naleest, zal deze tekst niet snel terugvinden. Zelfs het muzieknummer waar deze tekst aan is ontleend staat niet genoemd. Toch roept het elke keer weer kippenvel op als ik het hoor: de eerste woorden van het nummer dat speelt als Brutus zijn eigen zoons ziet sterven, totaal alleen, om enkel daarna de geesten van zijn kinderen tot zich te horen spreken.

Titus: Lucretia? Nee, zij is dood, vader…
Tiberius: Net als je bloedeigen zoons.
Licht uit, even herinneren om weer adem te halen, daverend applaus.

BRUTUS is mijn grootste succes. Dat bedoel ik niet arrogant. Sterker nog, ik ben zo dankbaar dat het een succes is dat tot stand is gekomen samen met de spelers, de ToCo, de mensen om me heen die me steunden waar het niet ging, die me aanmoedigden waar het werkte en die zich week in, week uit, onuitputtelijk inzetten om van BRUTUS een succes te maken.

Het is mijn grootste succes doordat zoveel mensen zich ervoor inspanden en dit op de planken wilden zetten, samen met mij. Ik hoop dan ook vurig dat al die andere mensen zich door mij gesteund voelden in hun toneelontwikkeling en dat – al was het maar voor één jaar – ook zij BRUTUS beschouwden als hún grootste succes. Successen zijn immers als alcohol (en/of andere versnaperingen), zoals ook de jongeren in het stuk bewezen: het beste als je ze deelt met vrienden, nieuw of oud.

Maar BRUTUS was zeker niet alleen maar zware kost! Wat hebben we gelachen om geiten, mooi gediscussieerd over de toelaatbaarheid van woorden als ‘sec’ of de accepteerbaarheid van anglicismen en zo ja, in welke frequentie. Het verslepen van pallets, Syp Simeon in een afgesloten gymnasion, of een speciale Brutusvlaai gemaakt door de powerinspiciënt van de eeuw… Wat was dit een bijzonder stuk! Dus, afsluitend, stel je mij de vraag “wat is je bijgebleven van Brutus, Nils?”, dan verwijs ik — met alle ops en neers die het stuk heeft gekend — graag naar de aftrap van het stuk: een extase van goud.

 

Ouwe Lul! (2024) – Thomas Pijnaker, schrijver en regisseur Ouwe Lul!

Al mijn jaren bij Moira kwamen in Ouwe Lul! als het ware samen voor mij als regisseur. Ik ben natuurlijk ooit begonnen als acteur. Gaandeweg heb ik veel over toneel en acteren geleerd van veel verschillende mensen. In 2020-2021 zou ik met Dylan Breedebeld FURIE regisseren, een bewerking van Aeschylus’ Oresteia die door de pandemie nooit volledig van de grond is gekomen. Vervolgens mocht ik aan het roer staan van Moira’s Revue, maar ondanks de hoeveelheid werk die ik daarin heb gestopt, voelde het nooit als écht “eigen” productie. Met Ouwe Lul! was dat anders. Ik schreef het script van voor tot achter. Het waren mijn woorden, mijn karakters, mijn pogingen tot humor. Het was mijn kindje.

Gedurende zo’n repetitiejaar zie je dat kindje opgroeien. Het gaat staan, het gaat lopen, het krijgt een eigen persoonlijkheid door de briljante acteurs die zich hun rol eigen maken. Vervolgens krijgt het diepte en wordt het volwassen. Daarbij helpt het enorm als je een cast van grappige mensen hebt — en die had ik — die geniale grappen toevoegen waar je zelf nog niet eens aan had gedacht.

En dan het decor. De hoeveelheid pallets waarmee we hebben gesleept! Ik had in jaren, sinds Trojaanse Vrouwen, niet meer zo’n groot decor meegemaakt. Ergens begreep ik waarom: het was een pokkenwerk om het in elkaar te zetten! De creativiteit van de cast kwam daarbij echter fantastisch van pas; wat werd het mooi! Emma en Bettie zullen zich daarnaast de pissebedden op het achterterrein van de Gamma nog herinneren, Maureen ook de Gamma-bakwagen en de parkeerperikelen rondom het EOS.

In de opvoeringsweek was ik ontzettend gestresst op de dag dat het decor er moest komen, maar de dag erna, bij de generale repetitie, was ik oneigenlijk, bijna verontrustend kalm. Maar goed, wat er ook zou gebeuren; het was nu uit mijn handen. Het decor stond. De cast was er klaar voor. Mijn kindje was volgroeid en had nu een huis. Ik kon het stuk nu met alle trots volledig uit handen geven. Terwijl ik dit schrijf verschijnt er weer een traantje van trots in mijn ooghoek. In mijn acht jaar bij Moira was Ouwe Lul! mijn absolute hoogtepunt.

 

(N)OMEN (2025) – Ruben de Gruiter, schrijver en co-regisseur (N)OMEN

Ik denk dat deze opvoeringsweek de wildste achtbaan zal zijn van het jaar, maar dat ik ook op een haast net zo intensief jaar terug kan kijken. Aangezien de opvoeringen nog niet geweest zijn, blijf ik even oppervlakkig, maar wil jullie wel meenemen naar iets minder dan een jaar geleden. Ouwe Lul! was net afgelopen en er onstond plotseling een Moiravormig gat in mijn ziel. Toch was het Bettie die met het idee van een nieuw stuk kwam. Het duurde niet heel lang of ook Lisanne werd deel van het complot. Er is weinig zo mooi als met die twee een toneelstuk plannen. Alle drie kwamen we met de wildste plannen. We wisten onze avonden te vullen met wilde verhalen over shakespeariaanse dubbelhuwelijken, ruim negen flashbacks en flashforwards en tientallen manieren om een koning te doden.
In deze eerste fase kon en mocht alles. Gevuld met nasi en bietensalade hadden we niet alleen onze beste ideeën, maar ook een heleboel plezier. Helaas kwamen al snel de pitches van de nieuwe stukken eraan en moesten we ons hele plan omgooien. Het plot werd meerdere keren herschreven en ons Herodotuspensum wist ons te helpen aan karakters zonder naam. Eindelijk dachten we klaar te zijn voor wat ons te wachten stond, maar op de dag van de pitches… sliep ik door mijn wekker heen. Ik zou het niet gered hebben, als Daan mij niet persoonlijk uit bed had getrokken. Ja, zelfs de eerste paar weken voor onze productie waren al enorme rollercoasters en dan heb ik niet eens verteld over de droom die het stuk een nieuwe naam gaf, het transgenderen van een karakter halverwege het schrijven of onze aanvaring met de politie na de audities. En ondanks alles zijn er maar twee ding dat ik nu voel: spijt dat het bijna is afgelopen en een enorme blijheid met de mensen om ons heen. Het stuk kent geweldige acteurs, aan wie ik ieder pagina’s lange lofredenen kan schrijven, een niet te stoppen ToCo en bovendien twee regisseurs, zonder wie ik nooit zoveel plezier aan toneel had kunnen beleven en zonder wie er niet eens een stuk opgevoerd kon worden.