De naam van de man…
Een terugblik op Phaedra

Een zin zal me altijd bijblijven uit het schrijfproces van Phaedra: “die bij de vader van de man wiens naam mijn hart met elke hartslag roept”? Een grammaticaal pareltje, dacht ik. Een draak van een zin om uit te spreken, bleek tijdens de audities. Alleen Merit, als ware het een voorteken, kwam er in één keer soepel uit.

Na het hilarische Vrouwen aan de Macht! en het moderne Trojaanse Vrouwen wilde ik graag weer een tragedie zonder opsmuk ten tonele brengen. Groot was de vreugde toen mijn stuk verkozen werd en ik mocht beginnen met schrijven. Deadlines zijn echter nooit mijn sterkste kant geweest, en de befaamde ‘Workum-revisie’ (waarvoor eeuwig dank) vond dan ook plaats zonder script. Toen het stuk er eindelijk lag, begon het avontuur.

En wat een avontuur was het. Met een kleine cast van uiteindelijk 7, waaronder 4 nieuwkomers voor Moira, hebben we de schouders eronder gezet. De tragedie kreeg al snel meer vorm, met incorporatie van een schaduwspel (en een enorm doek, dank zij aan onze naaister Thomas Pijnaker) en muziek – tot zover ‘zonder opsmuk’. Ook muziek kon niet ontbreken, waardoor uit het verre 026 mijn broertje werd ingevlogen voor gitaar en zang. Simon kwam als inspicient-soldaat onze rangen versterken, en tenslotte werd de familie uitgebreid met een fotograaf, een handvol grime-specialisten, een technicus en ongetwijfeld nog een handvol anderen die het eigenlijk ook verdienen met naam genoemd te worden.

Een gedeelte van de repetities vond niet als vanouds plaats in de kelders en krochten van het TvA, maar in E3.01. Dat bracht wat ruimtebeperkingen met zich mee, zeker omdat de lamp en het doek op een respectabele afstand van elkaar moesten staan. Hutje-mutje op elkaar wisselden we tussen een aantal verschillende opstellingen en besloegen we bijna de lengte van het Eramusgebouw met het doek, als dat weer opgevouwen moest worden. Het was teambuilding, net als het steevast openen met het samen zingen van een liedje. In E3.01 hangen de touwen die we gebruikt hebben voor het bevestigen van het doek nog steeds, en er is wel eens over gefantaseerd waar derden dachten waarvoor die gebruikt werden (Joana: “om cavia’s aan op te hangen!”).

Een handvol losse elementen van behind the scenes die ik graag met het publiek wil delen, maar geen volle paragrafen aan wil besteden, omwille brevitas:

  • Tijdens een schaduwspelscène met de uitvoeringen viel het bed van Phaedra uit elkaar. Ilse heeft zich achter dat bed verstopt, en het gedurende de hele scène opgevouwen bij elkaar gehouden.
  • In de opvoeringsweek hebben we alle nummers uit de opvoering samen gezongen. De herinnering aan de samenzang van Exit Music (for a film) bezorgt mij nog steeds kippenvel, elke keer dat ik het nummer hoor.
  • Het instellen van een shame-jar voor de bekostiging van een Moira-reünie heeft een opbrengst opgeleverd van €1,35, waaraan Jip het meeste heeft bijgedragen. Dit ging, voor Jip, gelijk op tussen de twee ‘shames’ “kent tekst niet” en “Jip doet kut”.
  • Het is Fee op een gegeven moment verboden Ilse nog vaker te likken.
  • Ik weet het verschil tussen de twee personen, maar ik noem Ilse nog steeds Iris en vice versa.
  • Ilse heeft voor iedereen een konijntekening gemaakt. De mijne staat nog steeds op mijn bureau.

Phaedra was een avontuur. Het schrijven, het repeteren, het opvoeren en het terugblikken heeft me blij gemaakt. Ik geloof dat dat ook voor de meeste, zo niet alle mensen opgaat die meegedaan hebben aan de productie. Jullie zijn allemaal een klein beetje familie geworden: Jip, Joana, Merit, Iris, Ilse, Thomas, Fee – ik dank jullie. Phaedra is de naam van het stuk dat mijn hart nog met elke hartslag koestert, en ik hoop dat het ieder van ons gegund is zichzelf ergens in de komende 5 jaar van Moira (of elders, of later) te overstijgen.

Was getekend,

Nils Lommerde